zoals voor het laatst gewijzigd bij akte van 27 juni 2016
Naam en Zetel
Artikel 1
1. De stichting draagt de naam: Stichting “Stimuleringsfonds Alternatieven voor Proefdieren”.
2. Zij heeft haar zetel in de gemeente Heumen.
Doel
Artikel 2
1. De stichting heeft specifiek ten doel dat het gebruik van proefdieren voor medische doeleinden wordt beperkt tot de werkelijk noodzakelijke proefnemingen en dat alternatieven voor het gebruik van proefdieren zo goed mogelijk worden benut en voorts in het algemeen ten doel de bevordering van het welzijn van dieren.
2. De stichting tracht haar doel in de eerste plaats te verwezenlijken door eenmaal per twee jaar uit het rendement van het vermogen van de stichting een stipendium van ten minste vijftienduizend euro (€ 15.000,–) toe te kennen aan een persoon of organisatie die zich naar het oordeel van de hierna te melden adviesraad in de afgelopen periode bijzonder verdienstelijk heeft gemaakt op dit terrein, door die persoon of organisatie naar eigen inzicht te besteden aan het welzijn van dieren.
Indien naar het oordeel van de bedoelde adviesraad de toekenning van een stipendium in het vervolg niet meer nodig is, zal de stichting projecten betreffende het welzijn van dieren materieel en financieel steunen.
Vermogen
Artikel 3
Het vermogen van de stichting zal worden gevormd door:
a. schenkingen en erfrechtelijke bevoordelingen;
b. bijdragen van hen, die met het doel van de stichting sympathiseren:
c. alle andere baten.
Bestuur
Artikel 4
1. Het bestuur van de stichting bestaat uit ten miste drie leden. Het aantal bestuursleden wordt – met inachtneming van het in de vorige zin bepaalde – door het bestuur met algemene stemmen vastgesteld.
2. Het bestuur (met uitzondering van het eerste bestuur, waarvan de leden bij deze akte in functie worden benoemd) kiest uit zijn midden een voorzitter, een secretaris en een penningmeester. De functies van secretaris en penningmeester kunnen ook door één persoon worden vervuld.
3. Bestuursleden worden benoemd voor onbepaalde tijd. Bij het ontstaan van vacatures in het bestuur, zullen de overblijvende bestuursleden met algemene stemmen, of zal het enige overblijvende bestuurslid binnen twee maanden na het ontstaan van de vacature(s) daarin voorzien door de benoeming van een (of meer) opvolgers.
4. Ingeval van één of meer vacatures in het bestuur vormen de overblijvende bestuursleden, of vormt het overblijvende bestuurslid, een wettig samengesteld bestuur.
5. De bestuursleden genieten geen beloning voor hun werkzaamheden. Zij hebben wel recht op vergoeding van de door hen in de uitoefening van hun functie gemaakte kosten.
Bestuursvergaderingen
Artikel 5
1. De bestuursvergaderingen worden gehouden ter plaatse in Nederland als bij de oproeping bepaald.
2. Ieder jaar wordt ten minste één vergadering gehouden.
3. Vergaderingen zullen voorts telkenmale worden gehouden, wanneer één van de bestuursleden daartoe schriftelijk en onder nauwkeurige opgave van de te behandelen punten de oproeping doet.
4. De oproeping tot de vergadering geschiedt ten minste zeven dagen tevoren, de dag van de oproeping en die van de vergadering niet meegerekend, door middel van oproepingsbrieven.
5. De oproepingsbrieven vermelden, behalve plaats en tijdstip van de vergadering, de te behandelen onderwerpen.
6. Zolang in een bestuursvergadering alle leden aanwezig zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen over alle aan de orde komende onderwerpen, mits met algemene stemmen, ook al zijn de door de statuten gegeven voorschriften voor het oproepen en houden van vergaderingen niet in acht genomen.
7. De vergaderingen worden geleid door de voorzitter; bij diens afwezigheid voorzien de aanwezigen zelf in de leiding van de vergadering.
8. Van het verhandelde in vergaderingen worden notulen gehouden door de secretaris of door één van de andere aanwezigen, door de voorzitter van de vergadering daartoe aangezocht. De notulen worden vastgesteld en getekend door degenen, die in de vergadering als voorzitter en secretaris hebben gefungeerd.
Bestuursbesluiten
Artikel 6
1. Het bestuur kan ter vergadering alleen dan geldige besluiten nemen indien de meerderheid van de in functie zijnde bestuursleden ter vergadering aanwezig of vertegenwoordigd is.
Een bestuurslid kan zich ter vergadering door een ander bestuurslid laten vertegenwoordigen op overlegging van een schriftelijke, ter beoordeling van de voorzitter van de vergadering voldoende, volmacht. Een bestuurslid kan daarbij slechts voor één ander bestuurslid als gevolmachtigde optreden.
2. Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen, mits alle bestuursleden in de gelegenheid zijn gesteld schriftelijk, al dan niet door middel van enig telecommunicatiemiddel, hun mening te uiten. Van een aldus genomen besluit wordt onder bijvoeging van de ingekomen antwoorden, door de secretaris een relaas opgemaakt, dat na mede-ondertekening door de voorzitter bij de notulen wordt gevoegd.
3. Ieder bestuurslid heeft het recht tot uitbrenging van één stem.
Voor zover deze statuten geen grotere meerderheid voorschrijven worden alle bestuursbesluiten genomen met volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen.
4. Alle stemmingen ter vergadering geschieden mondeling, terzij één bestuurslid vóór de stemming een schriftelijke stemming verlangt. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende, gesloten briefjes.
5. Blanco stemmen worden beschouwd als niet te zijn uitgebracht.
6. Bij alle geschillen omtrent stemmingen, niet bij de statuten voorzien, beslist de voorzitter van de vergadering.
Bestuursbevoegdheid
Artikel 7
1. Het bestuur is belast met het besturen van de stichting.
2. Het bestuur is bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen.
3. Het bestuur is niet bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten, waarbij de stichting zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerstelling van een ander verbindt, tenzij het besluit wordt genomen met algemene stemmen van alle in functie zijnde bestuursleden.
4. Erfstellingen mogen slechts onder het voorrecht van boedelbeschrijving worden aanvaard.
Vertegenwoordiging
Artikel 8
1. Het bestuur vertegenwoordigt de stichting.
2. De vertegenwoordigingsbevoegdheid komt mede toe aan twee gezamenlijk handelende bestuursleden.
3. Het bestuur kan schriftelijk volmacht verlenen aan één of meer bestuursleden, alsook aan derden, om de stichting binnen de grenzen van die volmacht te vertegenwoordigen.
Einde bestuurslidmaatschap
Artikel 9
Het bestuurslidmaatschap van een bestuurslid eindigt:
a. door zijn overlijden;
b. wanneer hij het vrije beheer over zijn vermogen verliest;
c. door schriftelijke ontslagneming (bedanken);
d. door ontslag hem verleend door de gezamenlijke overige bestuursleden;
e. door ontslag op grond van artikel 2:298 Burgerlijk Wetboek.
Raad van advies
Artikel 10
1. De stichting heeft een raad van advies welke uit ten minste drie personen bestaat.
2. Het bestuur benoemt de leden van de raad.
3. De leden van de raad kiezen uit hun midden een voorzitter.
4. Het bestuur kan een ambtelijke secretaris benoemen ten behoeve van de werkzaamheden van de raad.
5. De raad stelt een rooster van aftreden op, zodanig dat iedere twee jaar ten miste één lid van de raad aftreedt. Periodiek aftredende leden zijn tweemaal herbenoembaar.
6. Indien niet binnen zes maanden nadat een vacature in de raad is ontstaan, daarin door het bestuur is voorzien, is de raad bevoegd zelf in die vacature te voorzien.
7. Het lidmaatschap van de raad eindigt door:
a. schriftelijke ontslagneming;
b. periodiek aftreden zonder herbenoeming;
c. overlijden.
8. De raad heeft tot taak een aanbeveling op de stellen als bedoeld in artikel 2 lid 2 en deze in de maand mei van ieder jaar aan het bestuur aan te bieden.
9. De raad van advies besluit bij eenvoudige meerderheid van stemmen. Als de stemmen staken, zal de stem van de voorzitter de doorslag geven.
Boekjaar en jaarstukken
Artikel 11
1. Het boekjaar van de stichting is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Per einde van ieder boekjaar worden de boeken van de stichting afgesloten. Daaruit worden door het bestuur een balans en een staat van lasten over het geëindigde boekjaar opgemaakt, welke jaarstukken vervolgens door het bestuur worden vastgesteld.
Reglement
Artikel 12
1. Het bestuur is bevoegd een reglement vast te stellen, waarin die onderwerpen worden geregeld, die naar het oordeel van het bestuur (nadere) regeling behoeven.
2. Het reglement mag niet met de wet of deze statuten in strijd zijn.
3. Het bestuur is te allen tijde bevoegd het reglement te wijzigen of op te heffen.
4. Op de vaststelling, wijziging en opheffing van het reglement is het bepaalde in artikel 13 lid 1 van toepassing.
Statutenwijziging
Artikel 13
1. Het bestuur is bevoegd deze statuten te wijzigen. Het besluit daartoe moet worden genomen met algemene stemmen in een vergadering, waarin alle bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, zonder dat in het bestuur enige vacature bestaat.
2. De wijziging moet op straffe van nietigheid bij notariële akte tot stand komen. Ieder bestuurslid afzonderlijk is bevoegd de akte te verlijden.
Ontbinding en vereffening
Artikel 14
1. Het bestuur is bevoegd de stichting te ontbinden. Het besluit daartoe moet worden genomen met algemene stemmen in een vergadering, waarin alle bestuursleden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, zonder dat in het bestuur enige vacature bestaat.
2. De stichting blijft na haar ontbinding voortbestaan voor zover dit tot vereffening van haar vermogen nodig is.
3. Bij de ontbinding geschiedt de vereffening door het bestuur.
4. Gedurende de vereffening blijven de bepalingen van deze statuten zoveel mogelijk van kracht.
5. Een overschot na de vereffening wordt uitgekeerd aan een algemeen nut beogende instelling als bedoeld in artikel 5b van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, die ten doel heeft de bevordering van het welzijn van dieren.
6. Na afloop van de vereffening blijven de boeken en bescheiden van de ontbonden stichting gedurende tien jaar berusten onder de door de vereffenaars aan te wijzen persoon.
Slotbepalingen
Artikel 15
In alle gevallen, waarin zowel de wet als deze statuten niet voorzien, beslist het bestuur.